Oostenrijk heeft voor de (natuur)fotograaf heel veel moois te bieden, dat is algemeen geweten.
Maar wij zijn vooral gecharmeerd door Ost Tirol. Gelegen langs de zonnige zuidzijde van de Alpen telt het gebied het grootste aantal uren zonneschijn van gans Oostenrijk.
Het is een exclusief gebied want om er te komen moet u tol betalen. De eenvoudigste en kortste route gaat via de Felbertauerntunnel (9 €). Wie wil genieten van mooie uitzichten neemt de Grossglocknerstrasse (37€ of 27€ voor een elektrische wagen). Voor dit bedrag krijgt u een fantastische autorit voor de wielen geschoven met uitzicht op de hoogste bergen en de grootste gletsjer van Oostenrijk: de Pasterze.
Vóór deze beide wegen er waren was Ost Tirol moeilijk bereikbaar. Wellicht is dat de reden waarom het er heden ten dage nog zo rustig is en de mensen er zo vriendelijk zijn?

Een aanzienlijk deel van Ost Tirol wordt ingenomen door het National Park Hohe Tauern. Dit 1856 vierkante kilometer grote natuurgebied, met als hoog(s)te punten het Venediger- en Glockner-massief, wordt gekenmerkt door een ruig en onaangetast berglandschap met een zeer rijke fauna en flora.

De wandelaar staat een uitgebreid en goed onderhouden wandelwegennetwerk ter beschikking.
Op strategische plaatsen heten alm- en berghutten u hartelijk welkom.

Onze uitvalsbasis is steevast het dorpje Hinterbichl: een piepkleine “ortshaft” aan het uiteinde van het Virgental op ca. 1400m hoogte. Waar Isel- en Dorferbach samenvloeien. Het is er goed toeven. Vooral voor iemand die graag met de macro- of telelens aan de slag gaat in zijn rijke fauna en flora. Maar die foto’s zijn stof voor een volgend album.